Ars Aequi april 2019


In dit nummer onderzoekt Ilja Tillema schadevergoeding in natura bij schikkingen in massaschadezaken. Hoe komt zo’n schikking tot stand, en welke waarborgen moeten gelden om misbruik of ‘Amerikaanse toestanden’ te voorkomen?

Hans den Tonkelaar zoekt de grenzen van de overweging ten overvloede (‘obiter dictum’) op. Frank van Cassel-van Zeeland betoogt waarom de klachtplicht van artikel 6:89 BW ook van toepassing is op geldbetalingen. Jorn Kloostra signaleert de juridische hoofdbrekens die platformarbeid oproept.

In de Rode Draad ‘Toegang tot het recht’ schrijft Johan Legemaate over het medisch tuchtrecht, waar onlangs griffierecht, de tuchtklachtfunctionaris en de kostenveroordeling zijn ingevoerd. Op de Blauwe Pagina’s vraagt Carlos Bollen of de Caribische constructie van timeshare in de vorm van een deeltijdappartementsrecht iets voor Nederland is. Verder vertelt Elsemieke Daalder over rechtspraak door de keizer, en Ton Jongbloed geeft antwoord op de rechtsvraag die hij in september stelde. In de wetgevingsrubriek komt de intrekking van de Wet raadgevend referendum aan bod. Wat er nog meer in dit nummer staat? Dat verklapt de inhoudsopgave.

Bekijk inhoudsopgave


Verschijningsvorm: Maandbladexemplaar (download epub / pdf)

Verschijning: april 2019

ISSN: 22125205