Gemeenschappelijk Eigendom-‘s-Gravenhage: overheidsaansprakelijkheid beperkt?


Hoge Raad 29 april 1994, nr. 15312, ECLI:NL:HR:1994:ZC1358, RvdW 1994, 107 C; Gem.stem 1994, 6993 nr. 4 m.nt. HH, BR 1994, p. 773, m.nt. N.S.J. Koeman (Gemeenschappelijk Eigendom/’s Gravenhage). ook bekend als Bouwvergunning Schuttersduin.

Arrest van de Hoge Raad en daarbij behorende noot waarin wordt ingegaan op overheidsaansprakelijkheid en eigen schuld. In het onderhavige geval was er sprake van een verleende bouwvergunning die later door de bestuursrechter vernietigd werd. Ondertussen had de partij aan wie de vergunning was verleend wel gebruik gemaakt van deze vergunning. De gebruiker vorderde vervolgens een schadevergoeding voor de schade die is ontstaan als gevolg van de vernietiging van de vergunning. De Hoge Raad oordeelt, evenals het hof en rechtbank, dat er i.c. sprake is van eigen schuld en dat de schade aan de vergunning gebruiker zelf te wijten is nu deze gaat bouwen hangende een bezwaar- en beroepsprocedure. In de noot wordt hierop ingegaan evenals op de toetsing van overheidshandelen door de burgerlijke rechter.


Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)

Auteur(s): Th.G. Drupsteen

Verschijning: december 1994

Archiefcode: AA19940835

Hoge Raad 29-04-1994 (ECLI:NL:HR:1994:ZC1358) zaaknummer: 15312

aansprakelijkheid beroep bezwaar bouwen eigen schuld geen schorsende werking onrechtmatige daad vergunning

Burgerlijk recht VermogensrechtStaats- en bestuursrecht

Annotaties en wetgeving Annotatie